Iriscopie
De ogen zijn de spiegel van het hele lichaam.
Iriscopie is een diagnostisch middel de patronen, kleuren en andere kenmerken in de iris kunnen functionele verstoringen en eventuele tekorten laten zien.
De iris wordt vergeleken met een iriskaart die de iris opdeelt in verschillende gebieden die op hun beurt elk met een deel van het menselijk lichaam corresponderen. Op deze manier is te zien of bepaalde organen of systemen in het lichaam ontstoken, te actief, verstoord of in goede conditie zijn. Irisdiagnostiek wordt altijd gebruikt in combinatie met een medische vragenlijst/anamnese en andere diagnostische hulpmiddelen.
Bij iriscopie wordt gekeken naar:
- Constitutie: algemeen overzicht van de sterkten en zwakten in lichaam en psyche van de client.
- Diathese: de aanleg of vatbaarheid voor het krijgen van bepaalde ziekten of uitingsvormen daarvan.
- Karakter: van de client is te zien in de oogstructuur.
- Iristekens: afwijkingen van het radiairweefsel of afwijkingen in kleur (is te vergelijken met een vingerafdruk), staan verband met de constitutie en de eventuele diathese(s) van de client.
- Pupil vervormingen: bij veel mensen is de pupil niet volmaakt rond. Vervormingen en afvlakkingen staan vaak in relatie met wervelkolomstoornissen en met psychische verstoringen.
- Sclera: bloedvaatjes in het sclera (oogwit) vertellen iets over de toestand van de bloedvaten in het gehele lichaam.
Tijdens een consult maken we oogfoto’s met speciale apparatuur die vervolgens ter plekke geanalyseerd worden.
Een iriscopie consult kan een als onderdeel van een behandeling zijn.